In 2021, the Big History Congress will be organized digitally from India. A digital presentation on the framework for development in relation to everything.
Montessori, an example of Big History in primary education
In 2014 teaching Big History in primary education was named as one of the topics for the next Big History conference. As promised, Jos Werkhoven and Anne-Marie Poorthuis started a study with a group of Montessori teachers and trainers around the question: how can we bring the child from 0-12 year in questioning space and time? During the study we developed a framework Big History and cosmic education based on the lines of life (Jos Werkhoven 1997) and we formulated several sub-questions around the facets of a cosmic approach. In this special issue we present research and practice in papers and pictures. The group of teachers and trainers involved, has become a Dutch Montessori platform for cosmic education and they will continue their study in the coming years.
Voorwoord (Anne-Marie)
Met veel trots meldt de overheid dat onze economie weer groeit. We gaan over tot de orde van de dag en de problemen die juist in crisistijd zo zichtbaar werden zoals de rol van de banken en de groeiende kloof tussen rijk en arm, lijken vergeten.
Behalve in de samenleving zelf. Hier zijn de effecten van de crisis nog steeds voelbaar en met grote vraagstukken zoals over voedsel, energie en klimaat, leeft de behoefte voort om daarop in te grijpen en te bouwen aan een menswaardiger samenleving. Die behoefte geeft veel initiatiefkracht. Ook op het gebied van economie ontvouwen zich nieuwe initiatieven.
Tussen potentieel en praktijk- onderzoekend bouwen met het netwerk als ordeningsprincipe
Onze wereld is dynamisch. Organisaties, mensen, steden, regio’s en andere verbanden staan steeds weer voor nieuwe vraagstukken. De investeringen zijn groot, maar de praktijk is vaak weerbarstig en ondanks dat er veel potentieel is, leidt dit niet altijd tot het vermogen om vraagstukken aan te kunnen. Het vraagt betrokkenheid en aandacht om potentieel en praktijk met elkaar in verband te brengen en het vermogen te blijven versterken om vraagstukken aan te kunnen.
Preparing publics
One of the biggest challenges and democratic aspirations of governing is the ability of a city to handle questions. This is quite demanding on a city, because: How do we know what to do together? How are we geared towards all involved? How can we break way from existing, often institutional, practices when a new approach is required? It also asks much of governing, because how do we govern with the strength of the city and how do we support the self-organizing ability of the city? In recent years we have designed network programs to support urban development in all its diversity, and innovative ways to give it a democratic form. Network programs use the network as an ordering principle through which involvement obtains a physical form and building blocks are provided for a common area of interest. In this study we explore the effect of network programs on urban development and motivate a contribution to the issue of democracy.
Veiligheid – bouwen van netwerken
Veiligheid is een thema dat iedereen aangaat die leeft of werkt in een bepaald gebied. Als veiligheidsfunctionaris sta je voor de uitdaging om de aandacht voor veiligheid in dat gebied levend te houden. Betrokkenheid, kennis, inzet en vermogen zijn daarvoor de bouwstenen. Deze bouwstenen zijn dynamisch. Dit hoofdstuk beschrijft hulpmiddelen die je kunt gebruiken om te zorgen dat de bouwstenen blijven aansluiten bij de actuele situatie in dat gebied en bij de veiligheidsvragen die daaruit voortkomen.
Selforganisation
Since the eighties, I research questions of organizing and work with the network as an ordering principle. I start with some words about networked organizing in general, before I turn to its
place in the big history education for children in particular.
Networked organizing helps us humans to organize ourselves in relationship with everything there is and to do so while making use of the selforganization of everyone involved. In networked
organizing, the network is both ordering principle and unit of analysis.
Organiseren van een netwerklerende school
Netwerkleren gaat over kennis delen, interesse tonen in initiatieven van collega’s, hen op de hoogte houden van wat je doet en betrekken bij jouw initiatieven. Het lijkt de normaalste zaak van de wereld, maar uit voorbeelden blijkt dat het niet altijd lukt om zo samen te werken. Waarschijnlijk heb je het wel eens meegemaakt: je komt er na een paar jaar achter dat een collega veel expertise heeft van iets waar jij naar op zoek bent geweest. Of je bent al maanden aan het experimenteren met ‘begaafdheid’ en ineens gaat een werkgroepje ermee aan de slag zonder dat je erbij betrokken bent. Of je hebt een goed idee maar je weet niet hoe je collega’s kunt vinden die met je mee willen denken. Omdat er zoveel factoren in een organisatie van belang zijn, kan het complex lijken als je de werkwijze beschrijft. Toch is netwerkleren heel logisch, maar je moet het wel organiseren.
Netwerklerende school
‘Als je begint bij alles wat er is, de krachten aanspreekt die er zijn
en daarmee de uitdaging aangaat om er iets moois van te maken,
dan schrijft de school zijn eigen verhaal. Een neerslag van een levend(ig)e praktijk.’
Expertmodule Netwerkleren (brugklas)
Organiseer je eigen leerinitiatief. Een expertmodule voor ondernemende leerlingen met een eigen leerinitiatief.
Heb je een onderwerp waar je meer van wilt weten, een hobby die je verder wilt verdiepen, een toekomstbeeld of een ander idee waarmee je graag aan de slag wilt? Bij netwerkleren organiseer je je eigen leerinitiatief. Je gaat netwerken bouwen, contacten leggen, kennis verzamelen, steun zoeken, strategieën ontwikkelen en je
eigen leerweg bewandelen. Tijdens je eigen leerweg kom je een heleboel vragen tegen: Wie wil ik betrekken bij mijn leerinitiatief?
Wie weet er veel van? Wie kan mij helpen? Wat moet ik dan vragen?
Hoe maak ik contact? Je bent uitgenodigd om mee te doen!
Nieuw Atlantis ontwikkelt zich
Wat gestart als een kleine werkplaats, ontwikkelt zich thans tot een uitnodigend en interactief platform voor betrokken bewoners, kunstenaars, onderzoekers en schakels, die zich laten inspireren door een nieuwe kijk op leven aan de Waddenkust en cross-overs realiseren in initiatieven en projecten. Vanuit Pingjum in de Lytse Bouhoeke (Fryslân) als werkplaats waar Nieuw Atlantis is gehuisvest en bouwt aan het dorp van de verbeelding, breiden de contacten langs de Waddenkust zich uit. Grote kracht van Nieuw Atlantis is zichtbaar maken en speciaal de inzet van kunstenaars en onderzoekers die meebouwen aan (samen)leven langs de Waddenkust in verbinding met bewoners.
Versterken van buurtkracht en opvoeden vanuit eigen kracht
Ter voorbereiding van de decentralisaties in het sociale domein zijn er binnen de regio Arnhem zogenaamde proeftuinen opgezet. Hierop aansluitend zijn vanaf april 2013 tot en met juni 2014 in de gemeente Renkum twee proeftuinen georganiseerd. In Doorwerth de proeftuin versterken van buurtkracht en in Oosterbeek de proeftuin opvoeden vanuit eigen kracht. Deze proeftuinen vormden samen met de proeftuinen van andere gemeenten in de regio Arnhem een leeromgeving in het kader van de decentralisaties in het sociaal domein. Doel van de leeromgeving is uitwisseling tussen de verschillende regiogemeenten, elkaar ondersteu-nen, samenwerken in ontwikkeling en delen van ervaringen.
Gemeentelijke regievoering
Dit boek introduceert een gemeentelijk regieprogramma op basis van netwerkstrategie waarmee de regievoerder vanuit de eigen kracht van betrokkenen bouwt aan het zelforganiserend vermogen van de lokale gemeenschap om vraagstukken aan te kunnen. Dit regieprogramma is ontworpen door de Stichting Eigentijdse Verbindingen, die samen met team samenleving van de gemeente Renkum de regievoering op basis van netwerkstrategie heeft onderzocht. Aanleiding voor het ontwerpen van dit regie-programma is de transitie van de jeugdzorg van provincie naar gemeente. De regievoering rond maatschappelijke thema’s in het algemeen en de jeugdzorg in het bijzonder vraagt van gemeenten
om te acteren in een complex netwerk van relaties en verantwoordelijkheden, waarin veel partijen een rol spelen. Hoe bouwen we dit netwerk van relaties op vanuit de eigen kracht van de lokale gemeenschap? Hoe draagt iedereen die betrokken is, bij aan de eigen kracht van de lokale gemeenschap? Hoe bieden professionele aanbieders samen met de lokale gemeenschap een
ondersteunende en stimulerende zorgomgeving die aansluit bij de eigen kracht van jeugd en gezin? En hoever kunnen we komen in de zelforganisatie van deze lokale gemeenschap?
Bouwen aan een nieuw sociaal stelsel
Gemeenten staan voor grote nieuwe opgaven. De veranderende samenleving, de decentralisaties in het sociaal domein van provincie naar gemeenten en de grote financiële druk vragen om een nieuw sociaal stelsel dat uitgaat van de eigen kracht van bewoners en buurt, en investeert in verantwoordelijkheids-verschuiving en zelforganisatie. Opgave van gemeentelijke regievoering is om dit nieuwe stelsel met een diversiteit aan partijen van bewoners, professionals, gemeente, maatschappelijke organisaties en bestuur op te bouwen, lerend in praktijk te brengen en te borgen.
Ondernemend en opbouwend werken met jongen en omgeving
Na een periode van voorbereiding hebben we gedurende twee jaar in Ede, Wageningen en Renkum met financiering van
de provincie Gelderland en gedurende één jaar in Rhenen en Wijk bij Duurstede met financiering van de provincie Utrecht,
het netwerkprogramma ivmJongeren gedraaid. Ambitie was om een werkwijze op gang te brengen waarbij jongerenwerkers uitgaan van de initiatiefkracht van jongeren en bouwen aan een omgeving die de initiatiefkracht van jongeren ondersteunt en stimuleert.
Dat is niet alleen een uitdaging voor de jongerenwerker zelf maar ook voor de gemeente als opdrachtgever, voor de welzijns-organisaties als werkgever en voor de scholen als beroeps-opleiders.
OvJ is ontstaan uit een initiatief in Rhenen voor het ondernemend en opbouwend werken met (kwetsbare) jongeren in hun vrije tijd in hun eigen buurt. Uitdaging van OvJ is om het zelforganiserend vermogen om vraagstukken aan te kunnen, te versterken en met name om jongeren te helpen de contouren van hun ontwikkeling te zien en zelf (mee) te organiseren. Als iedereen in de lokale samenleving die te maken heeft met jongeren, daar op inspeelt en aan mee bouwt, creëren we de omstandigheden voor jongeren om zich te ontwikkelen. Eigentijdse Verbindingen (EV)1 heeft onderzoek gedaan naar een overdraagbaar concept met Ondernemers voor Jongeren (OvJ) als inspirerend voorbeeld. In essentie is de vraag hoe OvJ de ontwikkeling van jongeren in de samenleving ondernemend en opbouwend kan beïnvloeden en tegelijk ruimte laat voor wat zichzelf (al) organiseert.
Het programma ‘Netwerken in de Veehouderij’ heeft in opdracht van LNV vier jaar gedraaid en is eind 2007 afgerond. Vier jaar lang is veel geïnvesteerd in de netwerkbenadering en dat heeft een rijkdom aan ervaringen, instrumenten, voorbeelden en theorie opgeleverd. De kunst is nu om zonder de structuur van een
programma(financiering) verder te bouwen aan een netwerktraditie in de veehouderij. In het kader van borging en verankering van ‘Netwerken in de Veehouderij’ zijn daarvoor verschillende initiatieven genomen. Dit boekje geeft de neerslag van één van deze initiatieven.
De netwerkanalyse, ontwerp Anne-Marie Poorthuis is intensief gebruikt in het onderzoeksprogramma Netwerken Veehouderij. Deze netwerkanalyse start met het initiatief. Lees verder:
Netwerkprogramma – Deventer Duurzaam in Gesprek
Toepassing van het netwerkprogramma voor stedelijke en regionale netwerk-ontwikkeling rond maatschappelijke thema’s van de Stichting Eigentijdse Verbindingen. Dit is een programma voor het stimuleren van initiatieven, bouwen aan netwerken, leggen van relaties en creëren draagkracht rond een maatschappelijk thema, zoals in dit geval duurzaamheid. Het gaat om het bouwen aan een stevige en toch dynamische basis voor het thema in de stad of de regio en een voedingsbodem voor ieder die met het thema te maken heeft. Ambitie is om met het netwerkprogramma in de stad of de regio een gesprekstraditie op gang te brengen rond maatschappelijke thema’s, waarbij het vanzelfsprekend wordt om elkaar te ontmoeten, met elkaar uit te wisselen en nieuwsgierig te zijn naar diversiteit. Het programma is ontwikkeld door Anne-Marie Poorthuis en Lieke Hoogerwerf. Zij zijn initiatiefnemers
van de Stichting Eigentijdse Verbindingen, waarmee zij aandacht vragen voor stedelijke en regionale netwerkontwikkeling en de mogelijkheden van netwerkbesturing onderzoeken en uitbouwen.
De kracht van netwerkbenadering
Het plezier waarmee mensen in dit boek over de kracht van netwerkbenadering schrijven is opvallend. Het maakt iets zichtbaar van een nieuwe kijk op de organiserende samenleving en een mogelijk alternatief voor het keer op keer vastlopen van organisaties. Het zijn verhalen uit praktijk en theorie, die bijvoorbeeld gaan over gezamenlijke vertrekpunten, het bundelen van krachten, het samenbrengen van partijen, nieuwe initiatieven, levende organisaties, nieuwsgierigheid en de kunst van volgen en leiden. Wat bindt is dat al deze auteurs zich laten inspireren door het netwerk. Het netwerk geeft een besef van rijkdom, toegankelijkheid en overzicht. Bijzondere van de netwerk-benadering is dat het begint bij onze eigen identiteit als netwerk. We positioneren onszelf en alles wat betrokken is, in het netwerk en bouwen daarmee aan organisatie en samenleving. Tegelijkertijd komt daarmee de verwondering waarom niet ieder mens en iedere organisatie de kracht van de netwerkbenadering benut.
Netwerknieuws-Duaal leiderschap
Ondersteund door een inspirerend praktijkvoorbeeld verkennen we in dit artikel duaal leiderschap. Duaal leiderschap is een vorm van leiderschap waarbij een medisch hoofd en een verpleegkundig
hoofd samen leidinggeven aan een zorgeenheid binnen een ziekenhuisdivisie. Een zorgeenheid is een organisatorische eenheid binnen een ziekenhuisdivisie waar alle disciplines, elk vanuit hun eigen verantwoordelijkheidsgebied, samenwerken in het verlenen van behandeling en zorgverlening aan patiënten, het uitvoeren van onderzoek en het verzorgen van opleiding en onderwijs. Een zorgeenheid wordt gevormd rond patiëntengroepen en specialismen. Samenwerken in een zorgeenheid vraagt van de verschillende disciplines dat zij zich tot elkaar leren verhouden en
een gemeenschappelijke werkomgeving creëren.
Meebewegen met de veranderende wereld
Voortdurende verwondering over hoe organisaties zich vastzetten in hun vorm, hun beweging beperken en hun potentieel nauwelijks benutten, heeft ons sinds de jaren tachtig gestimuleerd om het organiseren opnieuw te verkennen. Een van de inspiratiebronnen, die we hierbij gebruikt hebben, is het Chaosdenken. Wat ons aansprak in het Chaosdenken is het principe van chaos en orde en de aandacht voor loslaten daarbij. Nieuwe orde ontstaat vanuit chaos en toelaten van chaos vraagt van een organisatie loslaten van het bestaande. Het Chaosdenken inspireert tot loslaten in
plaats van beheersen en tot het maken van een sprong naar een hoger niveau van complexiteit als antwoord voor een organisatie die tegen haar grenzen aanloopt en uiteen dreigt te vallen. Aan de rand van de chaos maakt deze organisatie een sprong naar een hoger niveau van complexiteit. Voor ons bleef echter een belangrijke vraag hoe organisaties steeds kunnen meebewegen met hun veranderende wereld.
Ketens en netwerken, een zoektocht naar samenhang
Het initiatief voor dit boek is ontstaan tijdens een bijeenkomst van het Platform ‘Ketens en netwerken’. De uitdaging ontstaat om de wereld van ketens en netwerken in al zijn diversiteit te gaan verkennen en deze diversiteit te bundelen in een boek. Een regiegroep van vijf mensen vormt zich en 21 auteurs, allemaal op eigen wijze betrokken bij ketens en netwerken, doen mee. We houden de uitdaging vast om een boek te maken met praktijk-verhalen, concepten, leerervaringen en ruimtescheppende vraagstukken.
De aandacht voor het netwerk
kende eind jaren negentig een enigszins oppervlakkige ‘hype’. Thans komt deze aandacht weer op en vraagt om verdieping. Dat is geen toeval. Het besef wordt steeds groter dat bij ondernemen en organiseren de aandacht te veel en te eenzijdig gericht is op het beheersen van het werk en te weinig op de initiatieven en de netwerken om met elkaar in beweging te komen.
Betrokken bij innovatie
Dit onderzoek richt zich op het kennis genereren en leren over innoveren waarbij een organisatie voor kunst en cultuureducatie als case wordt gebruikt. Het onderzoek organiseert een leertraject voor betrokkenen in de organisatie en een leertraject voor de onderzoeker.